Geschreven door Daniëlle Beentjes – i-ee. Advocatenkantoor UitgeestArtikel geplaatst in photonmagazine/blog Het Recht NL

 

HyperLinken, framen en embedden: is linken naar auteursrechtelijk
materiaal nu altijd toestaan?

Het Hof van Justitie (EU)[1] heeft 13 februari 2014 in een nu al spraakmakende zaak geoordeeld dat een hyperlink geen mededeling aan een nieuw publiek is en het plaatsen van een hyperlink niet inbreukmakend. Dit was echter niet het spraakmakende element in deze kwestie: het Hof lijkt namelijk te oordelen dat embedden zonder toestemming ook mag.

Een aantal Zweedse journalisten heeft Retriever Sverige AB aangesproken doordat zij schade menen te hebben geleden omdat op de website www.retriever-info.com aanklikbare links zijn geplaatst die doorverwijzen naar krantenartikelen waarop zij de auteursrechten hebben. Retriever is een zogenaamde aggregatiewebsite waarop nieuws uit verschillende media verzameld wordt en opnieuw beschikbaar wordt gesteld, door middel van het tonen van de kop en de eerste alinea’s. Ook zijn de artikelen geheel te lezen door op de hyperlinks te klikken. Men wordt dan doorverwezen naar de website van de betreffende krant (of ander medium).

Dat deze wijze van linken niet onrechtmatig is, is geen nieuws. Een hyperlink wordt in Nederland niet gezien als een nieuwe openbaarmaking, immers door het tonen van enkel de link naar een vindplaats van een artikel of een foto wordt het betreffende artikel en/of foto niet openbaar gemaakt. Het Europese Hof oordeelt echter over een hyperlink als volgt. Er is sprake van mededeling aan een nieuw publiek (een nieuwe openbaarmaking in Nederland) wanneer een publiek niet door de houders van het auteursrecht in aanmerking werd genomen toen zij toestemming verleenden voor de oorspronkelijke mededeling aan het publiek. In dit geval, zo stelt het Hof, bestaat de doelgroep van het oorspronkelijke krantenartikel uit alle potentiële bezoekers van de website. Gelet op het feit dat voor de toegang tot de werken op deze website geen enkele beperkende maatregel werd gehanteerd, was deze website immers vrij toegankelijk voor alle internetgebruikers.

Een hyperlink ter omzeiling van beveiliging mag derhalve niet, maar elke andere hyperlink wel.

Vervolgens gaat het Hof verder met het volgende. “Dit wordt niet op losse schroeven gezet wanneer internetgebruikers op de betrokken link klikken, het werk verschijnt en daarbij de indruk wordt gewekt dat het wordt getoond op de website waar de link zich bevind, terwijl dit werk in werkelijkheid afkomstig is van een andere website.” Toegevoegd wordt door de rechter dat het niet duidelijk wordt uit het dossier of dit hier het geval is, maar ‘deze omstandigheid wijzigt immers niets aan de vaststelling dat het plaatsen op een website van een aanklikbare link naar een beschermd werk dat op een andere website is bekendgemaakt en vrij toegankelijk is, tot gevolg heeft dat […. er geen sprake is van een nieuw publiek en] de toestemming van de houders van het auteursrecht niet vereist is voor een dergelijke mededeling.”

Embedden mag! wordt op sommige plekken al geroepen. Dit is een spraakmakende uitleg van het arrest van het Europese Hof. Volgens het Hof is het door de auteursrechthebbende beoogde publiek zo groot als alle potentiële bezoekers van de website van de oorspronkelijke licentienemer. Dit is wel een heel ruim begrip.

In Nederland is overigens eerder geoordeeld dat embedden niet mag (vonnis NederlandFm[2] en arrest C more / MyP2P[3]). Het is vooralsnog niet duidelijk of de rechter met deze overwegingen enkel bedoelt dat een website geframed mag worden of dat het Hof zelfs bedoelt dat filmpjes ook ge-embed mogen worden. In elk geval moet er wel eerst sprake zijn van een aanklikbare link.

Wat is het verschil tussen framen en embedden? Wanneer een website geframed wordt, wordt de oorspronkelijke website in zijn geheel ingekaderd in de verwijzende website. Dit betekent dat de internetgebruiker die een bepaald artikel wil lezen en op de link klikt, op de verwijzende website blijft, maar in een kader de website ziet waar het artikel is geplaatst. De naam van bijvoorbeeld het bekende landelijke dagblad waarin een bepaald artikel staat, staat wel in beeld in het kader, maar de naam van de verwijzende website (en de banners van deze website) blijven ook in beeld, maar dan buiten het kader.

Embedden is weer anders. Wanneer (bijvoorbeeld een filmpje) ge-embed is ziet de internetgebruiker niet dat hij in werkelijkheid de inhoud van een andere website bekijkt. Het lijkt hierdoor of het werk op de verwijzende website wordt getoond.

Als framen en embedden mag, kan een verwijzende website heel handig gebruik maken van de content van de bronwebsites en hier door middel van reclame aan verdienen. Dit lijkt in strijd met zowel exploitatierechten van de auteursrechthebbende als van de licentienemer. Let wel, het moet wel steeds gaan om een aanklikbare link.

Afsluitend kan ik concluderen dat het nog steeds niet duidelijk is wat nu wel en niet mag. Het laatste woord is echter nog niet gezegd. Het Europese Hof heeft in mei 2013 een vraag ontvangen van het Duitse Bundesgerichtshof of embedden een ‘mededeling aan publiek’ (in NL nieuwe openbaarmaking) is en derhalve onrechtmatig kan zijn.

Wordt vervolgd dus!

[1] Hof van Justitie EU, 13 februari 2014, zaaknr. C-466/12 (Svensson e.a. tegen Retriever Sverige AB).
[2] Rechtbank ‘s-Gravenhage 19 december 2012, zaaknr. 407402 / HA ZA 11-2675 (Vereniging BUMA-Stichting STEMRA tegen Souren)
[3] Hof ’s-Hertogenbosch, 12 januari 2010, zaaknr. (C more / MyP2P).